Het Concurrerende Waardenmodel van R. Quinn en K. Cameron beschrijft vier typen organisaties, met de bijbehorende managementstijlen en kenmerken.
Uitleg Concurrerende Waardenmodel
Het model deelt bedrijven in aan de hand van de interne of externe gerichtheid en aan de hand van de focus op beheersing of focus op flexibiliteit. De volgende culturen worden in het model behandeld:
- De familiecultuur (Samenwerken)
De familiecultuur is intern gericht en legt de focus op vrijheid en flexibiliteit. Het is een vriendelijke werkomgeving met mentoren als leiders. Binnen een familiecultuur staat loyaliteit en traditie hoog in het vaandel. De zorg voor het personeel leidt tot een grote betrokkenheid. Het wordt gekenmerkt door de samenwerking.
- De adhocratie cultuur (Creëren)
De adhocratie cultuur is extern gericht en legt de focus op vrijheid en flexibiliteit. Het is een creatieve werkomgeving met innovators als leiders. Binnen een adhocratie worden experimenten en innovaties gestimuleerd.
- De hiërarchische cultuur (Controleren)
De hiërarchische cultuur is intern gericht en legt de focus op stabiliteit en beheersbaarheid. Het is een formele en gestructureerde werkomgeving met coördinatoren als leiders. Binnen een hiërarchische cultuur houdt men zich aan regels en beleidsstukken.
- De markt cultuur (Concurreren)
De markt cultuur is extern gericht en legt de focus op stabiliteit en beheersbaarheid. Het is een resultaatgerichte en competitieve werkomgeving met opjagers als leiders. Binnen een markt cultuur is reputatie en succes van groot belang.
Dit delen:
- Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op Pinterest te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen met Twitter (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)